Ik ben een wintersportjunk. Als de eerste blaadjes van de bomen vallen dan krijg ik de niet te onderdrukken drang om dat witte poeder te scoren. Met grote pupillen begin ik mijn omgeving lastig te vallen en aan te klampen. “Waar ga jij naartoe komende winter, mag ik met jou mee?”.
De hele dag lekker buiten sportief bezig zijn en dat aftoppen met een “paar” biertjes in de après-skihut is voor mij het mooiste wat er bestaat.
De eerste twee levensjaren van onze zoon mocht hij mee op wintersportvakantie. Wij gingen dan skiën en we brachten onze zoon naar de Duitssprekende kinderopvang in het hotel. Om vervolgens gedreven door schuldgevoel begin van de middag weer af te dalen en onze zoon weer tijdig op te halen.
Mijn vrouw (Renske) en ik zijn beide gek op de après ski, maar de après ski is alles behalve een goede plek om je baby of peuter mee naar toe te nemen. Het overmatige drankgebruik en snoeiharde foute muziek zijn al op het randje, maar in veel Oostenrijkse horecagelegenheden mag nog gewoon gerookt worden.
Resultaat: we gingen kort skiën en we deden niet mee aan de après ski. Dat moesten we dus anders organiseren.
Gerlos en Flachau zonder kinderen
Sindsdien gaan Renske en ik om de beurt een paar dagen op wintersport. En de thuisblijver zorgt een paar dagen voor de kinderen. Komende seizoen gaat Renske naar het altijd gezellige Gerlos, terwijl ik met een vriend gekozen heb voor Flachau.
Flachau ligt aan de snelweg A10, je hoeft geen smalle, kronkelige en soms besneeuwde bergwegen over te rijden om er te komen. Flachau heeft 350 km pistes waarvan een deel in geval van nood kunstmatig besneeuwd kan worden, een levendige après ski en toch nog de typische Oostenrijkse gemütlichkeit.
Dit is de perfecte plek om toe te geven aan mijn verslaving.
En dat alles zónder de kinderen. En als ik je volgend jaar (weer) aanklamp; je kunt mij gerust meenemen. Aan mij heb tijdens zo’n tripje helemaal geen kind.